DE EERSTE WEEK
Na de vertrek-stress thuis en een klein weekje acclimatiseren in de camper gaat het goed met ons!
Het gebruikelijke reizen met camper-problemen doemden weer op: geen ontvangst t.v., de omvormer met kuren, raar functioneren navigatie-systeem, geen internet vinden, douchen met een washandje enz. Maar daar doe je het voor, toch?
Frankrijk hebben we redelijk snel achter ons gelaten. Wel hebben we Avignon bezocht. Absoluut een aanrader: mooie historische stad.
Al wandelend naar het Paleis der Pauzen,je gelooft het niet, kwamen we Connie en Thijs tegen! (Voorde niet-ingewijden: we hebben jaren samen bij de Klumkes gezongen)
Dit is echt lachen als je elkaar zo´n duizend kilometer verder tegen komt!
Na een vijftal dagen hebben we de Spaanse grens bereikt. Het was geen warm Spaans welkom: de regen kwam met bakken naar beneden, geen Spaanse temperaturen (13 graden), files voor en achter de grens, geen parkeerplaats te vinden in leuke stadjes, zelfs even geen supermarkt te ontdekken.
We hebben inmiddels de zon gevonden, zo'n 150 kilometer boven Valencia. Heerlijke temperatuur en een flink briesje. Even een dagje op een camping voor de was, douche en internet.
ZON, ZEE, ZAND EN NEDERLANDERS
Na twee dagen luieren en genieten van de zon zijn we verder getrokken richting bergen.
El Maestrat is een dunbevolkt hoogland met prachtige landschappen, grillige rotsformaties, 'muurtjes'-landschap (afbakening of voorkoming erosie denken we) en veel schapen.
Van deze tour hebben we enorm genoten
Met Jack in de bergen is trouwens lachen. Het gaat ongeveer zo: Rene neemt een flinke aanloop, dan stuiven we de berg op, naar gelang de hoogte van de berg wordt het steeds langzamer, totdat we op sukkelniveau de top bereiken. Dat maakt allemaal niets uit, zo lang je maar geen file achter je hebt.
Hier hebben we Morella bezocht, een vroegere nederzetting van o.a. de Tempeliers met een middeleeuwse muur. Mooi stadje met zijn smalle steegjes, klooster, kasteelruïne, schots en scheve huizen en smeedijzeren balkonnetjes.
We zijn erg blij met het fenomeen Skype. We hebben al verschillende keren contact gehad met een aantal mensen. Dit is vooral goed voor Rene en zijn heimwee.
's Woensdags proberen we internet te hebben, omdat pap dan bij Maurice en Karin is.
De kust blijft aanlokkelijk door het heerlijke weer. Dus na twee dagen bergen weer naar het water, in de buurt van Benidorm. Nederlandse mensen, Nederlandse serveersters, Nederlandse restauranthouders, zelfs een Nederlandse winkel….niet echt spannend.
We hebben Benidorm en Alicante met hun torenhoge flats letterlijk links laten liggen en op het laatste moment gekozen voor Santa Pola. Met een bijzondere reden: dit is het winterverblijf van Eipie en Wim, dus dit durp wilde we graag aanschouwen.
Heerlijk aan het strand gestaan en gelukkig vooral Spaanse mensen. Rene kon het niet laten om Wim even te bellen…
Hierna was Almeria aan de beurt. Een havenstad aan de zuidkust. Een aangename, vriendelijk overkomende stad met logies op de boulevard. Was prettig verpozen tien meter van het strand.
In Almeria hebben we het Albazaba bezocht, een prachtig gerestaureerd Moors fort annex paleis.
Door het heerlijke weer hebben we het echte vakantiegevoel: wandelen op het strand, fietsen op de boulevard, terrasje pikken en niet te vergeten tapas eten. Op sommige terrassen 'krijg' je gratis tapas. Natuurlijk onzin, want het pilsje is twee keer zo duur.
Vooral als je niet gevraagd wordt wat je wilt eten en je dan paella voorgeschoteld krijgt, vis wel te verstaan. Degenen die mijn China verhaal hebben gevolgd….
Maar de lusten hebben ook zijn lasten: binnen een uur verbranden en zo'n twee dozijn muggenbulten,
maar dat hoort er ook bij.
LAS ALPUJARRAS EN HET ALHAMBRA
De kust na Almeria werd behoorlijk ontsierd door plastic voetbalvelden, oftewel groentekassen. Enorme vlakten plastic als uitzicht. Zelfs in de bergen lagen deze lelijke dingen.
Over het algemeen heeft Spanje een uitstekend wegennet, behalve die ene weg door de Las Alpujarras, uitloper van de Sierra Nevada. Met de weg zelf was niets mis mee, maar wel met de wanden van de rosten. Die waren op tig plaatsen naar beneden gekomen, brokstukken of gruis. Dit leverde gevaarlijke situaties op, vooral voor de tegemoet komende motorrijders.
Ook waren er de nodige weg-verzakkingen. Op de een of andere manier hebben de Spanjaarden dit niet goed aangepakt en proberen het nu herstellen. Op de weg na was het een prachtige route.
Na een overnachting in een bergdorp was het volgende doel Granada en het Alhambra. Dit enorme complex boven op uiteraard een berg met het Moorse paleis, het renaissance paleis van Karel V, het fort en de prachtige tuinen was op z´n minst gezegd indrukwekkend. Hier hebben we een aantal uren verbracht, maar de temperatuur zat niet helemaal mee: 38 graden. Persoonlijk heb ik daar niet zo´n last van, maar Rene heeft het dan wel moeilijk.
Een bezoek aan de kathedraal van Granada was ook de moeite waard.
In tegenstelling tot de Italianen zijn de Spanjaarden over het algemeen geciviliseerde weggebruikers. Behalve de chauffeurs van de pendelbussen van en naar het Alhambra, maar deze waren dan ook wedstrijdje aan het houden.
Momenteel zitten we op een camping buiten Granada, veeeel Nederlanders, maar met uitzicht op de besneeuwde toppen van de Sierra Navada en een heerlijke temperatuur.
De besneeuwde toppen zijn een uitdaging voor Rene en zijn schilderkunst.
MALAGA EN RONDA
na twee dagen zee, op naar het bruisende Malaga. Malaga heeft Italiaanse invloeden: vaststaand verkeer, claxonneren en heeel veeel scooters.
Het Alcazaba van Malaga wint het van Almeria. Een prachtig gerestaureerd complex, maar staat in de schaduw van het Alhambra, wat volgens ons niet helemaal terecht is. Wat heel apart was:
een poort uit de tiende eeuw gebouwd op twee originele Romeinse pilaren. Pal naast het fort was men dan ook bezig met Romeinse opgravingen.
Het Picasso-museum was natuurlijk kaasje voor Rene.
Misschien weet dit niet iedereen, maar Rene heeft een slecht oog waardoor hij soms moeite met perspectief heeft. De verkeersheuvels, dat zijn flinke hier, ziet hij niet altijd. Dus als ik niet op tijd 'bult' brul dan wil het wel eens voorkomen dat we vrezen voor de schokbrekers.
Na Malaga was Ronda aan de beurt. De rit van en naar Ronda was een aaneenschakeling van mooie plaatjes. Volgens onze reisgids is Ronda een van de meest spectaculairst gelegen steden van Spanje en wij zijn het helemaal eens met de reisgids.
Midden door het dorp is een enorme kloof met eeuwenoude bruggen en huizen. Ook staat hier een van oudste arena's voor stierengevechten. We zouden nooit naar een stieren-gevecht gaan kijken, maar een blik op de arena, coulissen en stallen was de moeite waard.
De Spaanse huizen kunnen ons wel bevallen. Ze zijn met veel fantasie gebouwd: balkonnetjes, erkers, torentjes, zuilen en nissen in wit of terra cotta. Zelfs flats zijn divers en kunnen er gezellig uitzien.
Wat ons wel tegenvalt is dat Spanje niet echt camper-vriendelijk is. Er zijn heel weinig camper-plaatsen met service, dus je bent verplicht om op een camping te gaan staan.
Ik, Rene minder, heb het helemaal gehad met de Spaanse Costa's met de dure hotels, luxe appartementen, het ene restaurant na het andere, souvenirs-winkels enz enz.
"WE GAAN ECHT NIET NAAR MAROKKO"
Deze uitspraak heeft Rene in gezelschap verschillende malen gedaan en ik heb het mijne gedacht, dus zijn we overgestoken naar Marokko.Het gevolg was wel dat we totaal onvoorbereid waren, zelfs geen landkaart. Na een beetje googlelen wisten we dat we verzekerd waren en kon het feest doorgaan.
Eerst wilden we vanuit Tarifa, de meest zuidelijke stad van Spanje, vertrekken. Helaas vroegen ze hier woekerprijzen voor de overtocht.
Op de parkeerplaats van Liedl had Rene een Duits echtpaar aangesproken die dezelfde plannen hadden. We waren
onafhankelijk van elkaar er achter gekomen dat dit idioot hoge prijzen waren, dus terug naar Algeciras.
Bij een reisbureau kwamen we elkaar weer tegen en besloten om samen over te steken. Uiteindelijk hebben we meer dan de helft minder betaald voor de overtocht en konden zelfs die avond nog oversteken naar Ceuta, een Spaanse enclave in Marokko en hebben aan de straat van Gibraltar overnacht
De grensovergang was hilarisch. Na anderhalf uur wachten, papierkraam,
stempels, politie- en douanecontrole mochten we het land in.
We besloten om nog een stuk samen met Ina en Gerd te rijden; dit geeft toch wel een veiliger gevoel.
Er zijn niet zoveel campings, maar reisdoel is natuurlijk altijd een camping. Dat wil zeggen als deze niet dicht of opgedoekt is. Dit gebeurde in Rabat en Meknes. We hebben die dag veel moeten rijden om uiteindelijk in Fes een camping te vinden.
Rabat heeft geen reële kans gehad, want we zijn er alleen doorgereden. Het was er smerig, een vreselijke stank door de vuilnisbelten op elke hoek van de straat en uiteraard chaotisch verkeer. Maar de mensen waren zo behulpzaam: escorte van een motoragent naar een bewaakte parkeerplaats. De parkeerwachter verzekerde ons dat we daar niet konden slapen, want hij had maar dienst tot negen uur. Hij regelde wel een escorte, die ons de stad uit hielp.
Na twee dagen door Marokko: het is een land van tegenstellingen en veel vriendelijke mensen.
Enige indrukken:
Marokko is een grote bouwput: overal bouw- en wegwerkzaamheden.
Er is nog veel armoede.
De mode is heel divers.
Vrouwen in jurken, mannen in jurken.
Vrouwen in spijkerbroeken, mannen in spijkerbroeken.
Weinig gesluierde vrouwen.
Toon Hermans liedje Hoedje-Petje wordt hier Doekje-Petje: geen gezicht
Nieuwe auto's, auto's uit jaar nul. De bus was antiek.
De auto's zijn net zo hoog volgeladen als de pakezels.
De ezel is een veel gezien vervoer/lastmiddel.
De ezel vervoert geen waterkruiken meer, maar gasflessen
Net als in Turkije: jongetjes lopen met de arm om elkaars schouder.
Mannen begroeten elkaar met kussen en zijn ze heel goede vrienden dan lopen ze hand in hand.
De politie is super vriendelijk en behulpzaam.
Mensen zeggen goedendag, lachen je aan en kinderen zwaaien naar je.
Sigaretten worden per stuk verkocht.
Als je je winkeltje (lees hok) in wilt, dan ben je verplicht dit met een klimpartij via de toonbank te
doen.
Heel veel zielige, hongerige, magere zwerfkatjes; weinig honden.
In tegenstelling tot Turkije mag een niet-gelovige niet een moskee in.
Pilsje of wijntje op een terras is bijna niet mogelijk.
In Fes hebben we de Medina, de acht eeuwen oude stad, bezocht. Dit is niet te beschrijven.
De mensen, de sfeer, de winkeltjes, de schouder-smalle steegjes, de moskeeën, eeuwen oude woningen, geen verkeer behalve ezels en handkarren. Met een gids zijn we vrij ver de Medina in geweest (zeer vermoeiend) berg op berg af. Het leek soms of je door grotten liep en toch wonen hier duizenden mensen in totale armoede.
We hebben elke oude ambacht, die we thuis alleen op braderieën zien, allemaal kunnen aanschouwen.
Er zijn grand-taxi's en petit taxi's. De kleine mag maar drie personen meenemen, lastig als je met vier bent. Geen probleem: een band om het bord taxi en je bent geen taxi meer. Tamelijk krom.
Wat opviel was dat we praktisch niet werden lastiggevallen door allerlei verkopers en je op je gemak kon rondkijken. Ina bleek een zeer goede handelaar te zijn en deed het prima met afdingen.
Vanuit Fes zijn we weer richting noorden gereden en in het stadje Quazzane beland. Hier komen zelden
toeristen en waren wij dus de bezienswaardigheid. Hier was een prima camperplaats bij een motel,
zelfs met een warme douche in nette staat.
Hier hebben we samen met Ina en Gerd mijn verjaardag in het restaurant gevierd. Door het alcoholverbod van Allah konden ze geen wijn leveren, maar het was geen probleem om onze eigen fles wijn mee te brengen.
We blijven ons verbazen over de behulpzaamheid van de mensen, alhoewel sommigen er toch wel op de een of andere manier beter van worden. Door provisie of bijdragen te vragen: met gids was de deken
ineens twee euro duurder.
Het weer viel behoorlijk tegen. In de stad was een complete wolkbreuk, terwijl we met de fiets waren. Aangezien we nogal nat waren geworden, besloten we met een taxi terug te gaan. Na ja taxi, het was een busje met aan de kant banken gemonteerd, waarvan er een instortte waar we gelukkig niet opzaten.
En stinken, verbazen en lachen.
Helaas door het minder goede weer hebben we ook afscheid moeten nemen van Ina en Gerd. Deze spontane ontmoeting heeft ons zes leuke dagen samen bezorgd en we hebben ze met enige weemoed uitgezwaaid.
We hebben nog enige dagen door Marokko rondgedoold. Onder Tanger hebben twee relaxte dagen op een redelijke camping verbracht.
Daarna Tanger, wat nogal tegenviel. De kooplui, restauranthouders e.d. waren nogal opdringerig. Tanger veel heeft westerse invloeden, zodat we daar voor het eerst op een terras een pilsje konden nuttigen.
De kust voor en na Tanger was een plaatje: ruig, grillig en veel zandstranden. Het was een enorme tegenstelling met het binnenland. Veel resorts en appartementen, klaar maar de meesten in aanbouw. Klaar voor het toerisme, die er momenteel nog niet zijn.
Dit gold ook voor de campings: zeer slecht bezet. De campings leken allemaal vergane glorie: ooit mooie plekken, maar door gebrek aan klanten was het allemaal een beetje onderkomen.
We hebben genoten van onze trip door Noord-Marokko. Armoede, maar ook een land in opkomst.
TERUG IN SPANJE
Rene was er nog niet helemaal aan gewend,toen hij vrolijk naar een agent zwaaide en deze behoorlijk chagrijnig terug keek. De Marokkaanse politiemensen zwaaiden namelijk allemaal.
Internet vinden is niet altijd zo eenvoudig. In Jerez hebben we ons de platpoten gelopen. In de binnenstad was namelijk wifi, maar we werden van hot naar haar gestuurd om een kaart te kunnen kopen en niets gevonden. Uiteindelijk wel een internet-café gevonden, maar we waren de telefoons vergeten en konden niemand inseinen dat we online waren. Behoorlijk gefrustreerd naar een parkeerplaats gereden voor de overnachting en ja hoor internet, illegaal.
Cadiz was nu aan de beurt. Een stad aan de kust, die bijna volledig door water omgeven wordt.
We hadden ons iets meer van deze stad voorgesteld. Behalve een knots van een kathedraal en de mooie stranden viel het toch wel wat tegen. En wat een ellende om Jack te parkeren. Toen we terug kwamen stonden sleepauto's klaar om hun werk te doen en was er een serieuze poging gedaan om de fietsen te stelen. De volgende dag kregen we helemaal geen parkeerplaats en zijn we doorgereden naar Jerez.
In Jerez zijn we naar een show van de Koninklijke School der Rijkunsten geweest. Ik heb de ballen verstand van paarden, maar zelfs ik zag dat ze aardige kunstjes maakten: huppeltjes, zijwaarts lopen, rondjes lopen, op de achterpoten staan enz. Een paard was zo komisch: het was net een primary die de storkwalks deed, maar dan wel te fanatiek.
Rene heeft enorm van deze show genoten, alhoewel hij Ankie beter vindt.
Jerez is de stad van de sherry en we wilden een bodega bezoeken, maar het was zo warm dat we toch maar voor de kust hebben gekozen. De gemeentelijke zwembaden waren namelijk gesloten.
Wij zijn lui. We fietsen niet, maar rijden op de spartamatics. Een stad doen we met een hop-in hop-off bus of een treintje (hé Marijke), maar het toppunt van luiheid is Jerez verkennen via de camera obscura. Wel heel apart!
En dan Sevilla, jeetje wat een stad!Nadat we de toeristische informatie hadden gevonden, kregen we meteen een parkeerplaats.Dit regelden
'parkeerwachten' voor een fooi.
We zaten vlak bij de Universiteit, een voormalige tabaksfabriek en een ongelooflijk groot gebouw.
Hierna naar het Parque Maria Luisa met het prachtige Plaza de Espana. Daags erna hebben we uiteraard Real Alcazar bezocht, het koninklijk paleis met zijn mooie tuinen. Hier waren we meer van onder de indruk dan van het Alhambra van Granada
En natuurlijk de imposante kathedraal met het graf van Columbus.
Campings en zeker camperplaatsen zijn toch al schaars. Als je drie uur om Sevilla rond rijdt op zoek naar campings en dat deze gesloten blijken te zijn, is dit niet goed voor het humeur. Uiteindelijk hebben we een bewaakte parkeerplaats in het centrum gevonden, die net zo duur als een camping is, maar dan zonder service en douche.
Sevilla is een aanrader.
MOOI PORTUGAL
Na het hectische Sevilla op naar Portugal, de Algarve.
Vlak na de grens vonden we een camping. Een gezellige camping. Hier zijn we dan ook een kleine week gebleven en hadden het echte vakantiegevoel. Niets doen, zwemmen, fietsen en een gezellig terras met een eenvoudige, maar lekkere keuken.
Al snel merkten we het verschil tussen Spanjaarden en Portugezen. De Portugezen zijn veel vriendelijker en behulpzamer. Wat ook prettig is: velen spreken of proberen Engels te spreken. De taal klinkt ook vriendelijker. De Spaanse taal is behoorlijk schel, vooral 's nachts om half twee of half zes in de morgen.
Na een week luieren begon het weer te kriebelen.
Zoals eerder vermeld: wij zijn lui. Dus in het plaatsje Olhao was het treintje weer aan de beurt. Maar deze chauffeur maakte er een ware pretparkattractie van. De trein was spiksplinter nieuw en het leek wel of het de eerste dag van de betreffende enthousiaste treinbestuurder was.
Slalommen om gaten in de weg te vermijden, extra rondjes op een (verlaten) kruispunt, zo hard mogelijk rijden waar dit kon en maar toeteren, fluiten, bellen en zwaaien naar de mensen.
We zijn nu bijna helemaal 'selfsupporting'. Rene heeft een bijna nieuwe generator, een lang gekoesterde wens, op de kop kunnen tikken voor 40 euro (!) op een rommelmarkt op boven genoemde camping.
De eerste voetbalwedstrijden konden we in de camper volgen, maar naar mate het toernooi vorder de werden de wedstrijden niet meer uitgezonden via de satelliet of de desbetreffende zenders waren uit de lucht gehaald.
Portugal-Spanje was op het terras op de camping, niet echt leuk want er zaten alleen maar Engelsen en geen Portugezen.
Nederland-Uruguai in een kroeg in Sagres, het zuidelijkste puntje van de Algarve, samen met een Duits koppel, dat we hadden leren kennen. Veel Nederlanders, dus polonaise.
Met hetzelfde koppel Duitsland-Spanje gekeken en zoals bekend voor ons Duitse stel niet zo'n succes.
De finale hebben we in Lissabon gekeken op een camping. Het lukte dagelijks om televisie te ontvangen behalve op deze camping hadden we geen ontvangst. De kantine stroomde vol met Spanjaarden, dus hebben we in het internet-café gekeken o.a. met een Nederlands/Irakees
koppel. Na twee zenuwslopende uurtjes waren we blij dat er niet zoveel Spanjaarden aanwezig waren.
Lissabon heeft ons hart gestolen. Wat een prachtige, relaxte stad. Het advies om niet door de stad te rijden hebben in de wind geslagen. Als je o.a. Napels en Sevilla aandurft dan is Lissabon een makkie voor Rene.
We hebben drie dagen door de stad gezworven, per bus, met de schattige trammetjes en ons de platpoten gelopen heuvel op en heuvel af.
We zijn gestart in de wijk Belem, met zijn Monument der Ontdekkingen, Torre de Belem en het prachtige klooster en kerk Mosteiro des Jerominos. Deze laatste staat wat ons betreft in de top tien.
Het Castelo de Sao Jorge is een toeristische must en de wijk Alfama fascinerend.
Je kunt weken door deze stad dolen en dan heb je nog niet alles gezien en dan maar te zwijgen over de ontelbare musea.
Lissabon we komen zeer zeker terug!
Een Portugees stel had ons een kaart getekend van de kust met tips van bezienswaardige plaatsen.
Zodoende zijn we Peniche beland. Ze hadden het beschreven als een niet zo mooi vissersdorp, maar bizar. We begrepen in eerste instantie het woord bizar niet, totdat we de kust ontdekten.
Peniche is een schiereiland en de kust is ongelooflijk grillig, ruig en ..bizar.
Rene gaat helemaal voor Griekenland, ik ben weg van Turkije. Rene is meer voor Spanje, ik voor Marokko, maar Portugal is helemaal ons land geworden. Het is zo'n mooi en divers land en het zal zeker niet de laatste keer zijn dat we dit land zullen bezoeken.
Actief sinds | 06 Mei 2010 |
---|---|
Verslag gelezen: | |
Totaal aantal bezoekers | 49073 |
24 Juni 2016 - 01 September 2016
Engeland/Schotland 201603 November 2014 - 15 Maart 2015
MAROKKO 2014-201526 Oktober 2013 - 26 Oktober 2013
POLEN 201320 Juli 2012 - 17 September 2012
POLEN 201216 Januari 2008 - 30 Januari 2008
CHINA 200802 Maart 2007 - 06 Juli 2007
EUROPA-TRIP 200707 Mei 2010 - 30 November -0001
SPANJE-PORTUGAL 2010